Tempel 84 heb ik gisteren al gedaan en vandaag kan ik dus, om de berg heen, naar tempel 85. Volgens de kaart is het er weer eentje die op een berg staat. Ook staat er een "Cable car" ingetekend. Ik ben bang dat het geen  appeltje - eitje gaat worden. Het eindpunt van de dag heb ik bij een michi no eki gepland met uitzicht op een stuwmeer.  Michi no eki zijn over het algemeen goede plekken om je tent neer te zetten aangezien ze alle voorzieningen hebben om te overnachten.

Maar eerst moet ik nog even deze puist naar 85 op. De aan loop is een vervelend kronkel weggetje terwijl ernaast een mooie strakke weg is. Maar route is route, en die heb je te volgen. Dan kom ik aan de voet van de berg en ik zie het treintje naar boven al staan. Ik vervolg mijn pad naar boven dat pittig stijl is. Na twee minuten zweet ik me al de pleuris. Na drie kwartier klimmen kom ik boven. Het water waar ik mijn handen mee reinig voelt heerlijk koel aan. Ik doe alles in slowmotion om een beetje bij te komen. Als ik even naar de toilet ga komt er net een wat oudere westerling de tempel binnen gelopen. Het is duidelijk een wandelaar en hij maakt een wat gehaaste indruk op mij. Als ik van de toilet terug kom bent hij tegen me te praten. Met een zwaar Frans accent begint hij er over hoe zwaar het wel niet is,   en dat hij 30 dagen onderweg is. Het is een "Renro"!!! Dit is iemand die als een bezetene alle tempels afgaat om zo snel als mogelijk alle stempels op te halen. 30 dagen betekend 40 kilometer per dag, wat bijna een onmogelijke opgave is. Ik begrijp nu ook waarom hij zo moe is. Ik wens hem nog succes en vervolg mijn pad naar tempel 86.                                             
Een kilometer of 5 verder zie ik mijn fietsende vrienden voorbijkomen. Fietsen is niet altijd sneller als lopen aangezien het met een fiets vaak lastig is een stijle berg te beklimmen. Je moet dan je fiets parkeren en verder naar de tempel lopen. Het is een beetje lastig de weg vinden hier. Er zijn een stel onverlaten bezig geweest om de  bewegwijzering te verwijderen. Bijna alle stikkers zijn weggekrast.
Ik bereken een beetje wanneer ik die vrolijke Fransman weer tegen zou kunnen komen en als ik een bocht in draai komt hij via een alternatieve route vlak achter mij uit. Een halve kilometer later haalt hij me in en vraagt waar vanavond slaap. Hij blijkt tijdens zijn tocht nog al wat problemen gehad te hebben met overnachten. Dure ryokans of hotels. Of zelf helemaal geen slaapplaats. Met mijn tentje heb ik daar geen probleem mee ook al is het in dit gebied niet zo gemakkelijk een geschikte tentplek te vinden.
Frans is 68 en gepensioneerd. Vorig jaar heeft hij Santiago de Compostella gelopen met een groep en heeft daarna besloten om deze tocht te lopen.
Dan zegt hij mij te kennen van het Internet.  Hij verteld dat hij daardoor geïnspireerd is door mijn trailer op YouTube. Hartstikke leuk, maar dit zijn niet echt het soort personen die ik zou willen aanzetten tot het maken van deze pelgrimstocht. Bij de volgende tempel zie ik precies hoe het gaat bij hem. Hij stuift het tempelcomplex op, loopt direct naar het kantoortje en haalt zijn stempel. Daarna is hij als de wiedeweerga vertrokken. Totaal geen respect voor de cultuur. Loop dan gewoon langs de tempel en maar er een foto van.
Tot tempel 87 blijf ik me hier druk over maken maar daar kom ik mijn fietsende vrienden weer tegen.
We praten nog wat met elkaar over waar we onze tocht eindigen en wanneer. Daarna gaan er nog wat ossettai over en weer en nemen wel definitief afscheid.
Om 4 uur kom ik bij mijn slaapplaats aan maar vindt dit eigenlijk veel te vroeg. Ik moet me dan nog een uur of vier zien te vermaken. Het alternatief is nog 10 km doorlopen, wat ik uiteindelijk ook doe.
Dit blijkt achteraf een van de slechtste beslissingen van mijn gehele pelgrimstocht te zijn. De laatste 10 kilometer naar tempel 88 gaan over een aantal bergen je aan het einde van een zeer warme en slopende dag niet wil trotseren.  Het wordt een ware hel om voor het donker aan te komen. Ik blijf constant rekenen of het gaat lukken maar op het einde geeft de laatste berg het oordeel. Deze is zo stijl dat ik af en toe mijn neus tegen de rotsen moet drukken om niet achterover te vallen door het gewicht van mijn rugzak. De laatste 50 meter is een kale rots die me een half uur kost om te bedwingen. In de afdaling begint het schemerig te worden en ik kom een collega tegen die op een bankje in het bos gaat slapen. Hij vertelt me dat verderop nog zo'n  bankje staat.
Ik kom op een uitzichtpunt met een stukje vlak terrein waar ik mijn tentje kan neerzetten. Ik heb het mooiste uitzicht dat ik op deze tocht heb gehad, op 500 meter voor tempel 88.
Ik sta voor de poort van de hemel.